Bij het begin van die notenbalk staat de vioolsleutel.
Er zijn verschillende soorten noten. Sommige noten gaan door de lijn heen....
...en andere noten zitten tussen de lijnen, of zitten onder of boven de notenbalk:
Op die manier passen er dus 11 noten in een notenbalk:
Je ziet op dit plaatje dat de noten van links naar rechts steeds hoger op de notenbalk staan. De bijbehorende witte toetsen zitten dan ook steeds verder naar rechts op het toetsenbord.
Al deze noten hebben een naam. Daarvoor worden de eerste 7 letters van het ABC gebruikt: a b c d e f g. Zodra je bij de g bent, begin je weer opnieuw bij de a.
Hierboven zie je nog een keer de 11 noten in de notenbalk, maar nu met de naam van de noot erbij. Met deze 11 noten kun je al heel veel liedjes spelen. Maar soms zie je noten die net onder of boven de notenbalk zitten. Die noten worden opgeschreven met hulplijntjes. Die worden uitgelegd in het derde level.