In het tweede blad komt de g-toets een paar keer voor. Speel deze g met je pink, want het is steeds de hoogste toets van de regel. Een behoorlijk moeilijk liedje!
Speel de laatste toets in de tweede regel met je duim, dan speel je precies de goede d. Hetzelfde geldt voor de e uit de vierde regel. In de derde regel liggen de toetsen dicht bij elkaar. Speel de d hier met je pink. In de tweede helft van het liedje gebruik je dezelfde toetsen als in de eerste helft, alleen de woorden zijn anders. De laatste regel is helemaal anders. Speel de d-toetsen lekker hoog, dan klinkt het precies zoals het hoort: lekker vrolijk!
Er worden heel wat toetsen in dit liedje gebruikt, en ze iiggen vaak ver uit elkaar. Let bij de eerste drie toetsen goed op, zodat je makkelijker bij de laatste toetsen van de regel kunt, want deze liggen heel wat hoger op het toetsenbord!
De tweede regel begint weer wat lager, maar aan het eind moet je nog verder naar beneden. In de derde regel staat de 5 bij eens tussen haakjes. Het snel wisselen van 3 naar 5 is niet makkelijk, maar je kunt dan wel goed bij de laatste drie toetsen die nóg lager liggen.
In de voorlaatste regel moet je bij de woorden "ge-daan van-af" niet twee keer dezelfde c-toets spelen. De tweede c-toets ligt hoger op het toetsenbord. Ook de twee laatste toetsen van de laatste regel liggen weer ver uit elkaar. Als je goed op de vingerzetting let, wordt het allemaal vanzelf duidelijk!
Als je dit liedje met je middelvinger begint, kun je de eerste vier regels spelen zonder je hand te verplaatsen. Begin de vijfde regel met je duim. Kies voor de laatste twee regels een vingerzetting uit die jij het makkelijkst vindt.
In de laatste regel moet je kiezen: als je de eerste vier letters speelt, moet je herhalen en weer opnieuw beginnen. Als je niet wilt herhalen, sla je die eerste vier letters over en speel je meteen de laatste vier letters.
Dit feestelijke liedje is behoorlijk lastig voor je vingers! In de eerste regel is het handig om van vinger te wisselen op de e. Dan kun je makkelijker bij de rest van de regel. Speel het tweede groepje van de tweede regel lager dan het eerste groepje. Er komen 3 zwarte toetsen in dit liedje voor: de dis is de zwarte toets rechts van de d. De fis is de zwarte toets rechts van de f en de ais is de zwarte toets rechts van de a.
De laastste 4 letters van de voorlaatste regel worden niet gezongen, maar alleen in het orkest gespeeld. Verplaats je hand naar links voor de laatste regel.
Dit liedje klinkt misschien niet zo moeilijk, maar je moet je hand heel vaak verplaatsen. bijvoorbeeld aan het begin van de derde regel. Let vooral goed op in de laatste twee regels.
Verder zie je dat je een paar keer de bes-toets moet spelen. Dat is de zwarte toets die links van de b zit. Speel de witte toetsen voor en na de bes-toets niet te veel op het randje, dan kun je wat makkelijker bij de bes.